Mijn lieve vriendin is er niet meer. Ze wilde liefst alleen sterven, boven op een berg. Ik vroeg haar of ze niet bang zou zijn, voor wilde dieren ofzo, stervende op een kale bergtop. Ze was altijd al dapperder dan ik.
Bij de natuurbegraafplaats zochten we afgelopen december naar een plekje voor haar. We wandelden gearmd over de modderige paden, zij tussen ons in. Bij de auto duwde een windvlaag een wolk krijsende kraaien vooruit, hoog boven ons – de wind die daar voor altijd de bomen zou laten kraken, en we keken elkaar aan. Een herinnering als een schilderij, tegen het roodgele waas van het glanzende bos achter haar.
In het ziekenhuis aten we samen aan de rand van haar bed, na weer een ingreep. Die hardnekkige levenslust waarmee ze de laatste maanden van haar leven bij elkaar schraapte. Ze wilde niet dood. Ze had die avond een blosje, en ik legde een hand op haar wang. Vriend keek me vragend aan, en voelde ook, met een hand op haar voorhoofd. Nee, zeiden we tegen elkaar, geen koorts. Die kwetsbare blik in haar ogen, en wij wilden voor haar zorgen. Maar dat wilde ze niet. Het was de laatste keer dat we haar zagen.
Ze verdween al eerder langere tijd uit ons leven. Ze zeilde weg, trotseerde stormen, liep alleen wacht in de nacht en ontweek immense vrachtschepen. Eenmaal terug in Nederland was ze gewoon onze lieve vriendin – we ontdekten elkaar weer moeiteloos in de ander.
Mensen sterven niet alleen, schreef dichter Yevgeny Yevtushenko. ‘Each person has a world that’s all their own.’ Mensen sterven met hun eerste kus, ze nemen hun eerste dag in de sneeuw met zich mee, een eerste ruzie. Onherroepelijk. Zonder haar ben ik niet langer de vriendin die zij in mij opriep. Ontelbare uren vol woorden en dromen, de meisjes die alleen wij kenden. Dat deel nam zij mee, zoals ik ook haar voor altijd bij me draag. Ze ging niet alleen. Misschien wist zij dat al.
Nu komt ze niet meer terug. Ze wilde niet dood maar ze liet ons achter, onderweg naar de top van die berg, waar alleen zij in de nacht de wacht hield. En toen waren daar toch nog plotseling de wolven.
Onze lieve, dappere en koppige Angelique, voor altijd in ons hart. Dag mijn lieve, lieve vriendin.