Vandaag las ik de laatste bladzijdes van ‘Iers dagboek’ van Benoite Groult. Het boek verscheen na haar dood en ik las het met pijn in mijn hart. Dat klinkt dramatisch, en een beetje raar. Maar ik las (en herlas!) al haar boeken en het is alsof ik afscheid neem van een vriendin. Na dit boek zal ze geen nieuw boek meer schrijven.
Natuurlijk is ze in dit dagboek de vrouw die doorschemert in haar romans. Energiek, eigenzinnig en meedogenloos, trouw aan zichzelf tot aan de laatste bladzijde. ‘Ouderdom is een beetje een omgekeerde jeugd; je beleeft dingen voor de laatste keer. Gelukkig weet je het niet altijd. Maar iedere gebeurtenis wordt ervan verdacht voor het laatst plaats te vinden!’ schrijft Groult, die tot op hoge leeftijd van al die laatste keren blijft genieten.
Wij, de lezers, weten al op voorhand hoe het afloopt met Groult. Ze leed jaren aan alzheimer, net zoals haar geliefde zus Flora en haar moeder. Haar waarschuwen heeft geen zin meer. Maar ik voel me raar bezwaard terwijl ik haar boek lees, waarin zij argeloos schrijft, lief heeft en haar Paul en Kurt dreigt te verliezen. Altijd in de weer in die Ierse motregen, – het Engelse ‘drizzle’ klinkt zoveel mooier – met haar kreeftenkorven en steurgarnalen.
Ze overleefde haar geliefden uiteindelijk tien jaar. En zelf verdween ze in de drizzle van haar geheugen.
Vanmiddag scheen de zon en ik las de laatste bladzijdes tijdens mijn pauze. In een windjack in de zon, de wind in mijn rug. Een toepasselijke uitrusting voor afscheid van een schrijfster en fanatiek visseres en zeevrouw (die termen gebruikte de vertaalster, als eerbetoon aan het gevecht van Groult voor de invoering van vrouwelijke varianten voor beroepsnamen). De laatste brief van haar minnaar Kurt en het verdriet om haar zusje Flora en ja, ik las die dagboekaantekeningen met tranen in mijn ogen.
Vanzelfsprekend las ik dit boek veel te snel. Hop, hop, hop door naar het einde, alsof ik daar nog iets zou gaan vinden. Misschien nog de belofte van een nieuw boek, een biografie, een afscheidsbrief. Aan mij gericht natuurlijk, als haar lievelingslezeres. Of misschien gewoon op zoek naar die laatste bladzijde, zodat ik het over een jaar, of een paar maanden, of een maand, weer opnieuw kan lezen.
(p.s. dit is geen blog, hoogstens een mijmering –)